Op 5 oktober is de tweede editie van het officieuze NK Clubs. De eerste editie was een succes en het enthousiasme onder de deelnemers was groot. Maar voor initiator en oud-topschaatser Sicco Janmaat is het pas echt een succes, wanneer het een officieel NK wordt. Als de clubs dit enthousiasme voortzetten, hebben we er in de toekomst misschien wel een NK op de schaats bij.
Het evenement komt voort uit de liefde voor de sport, de pijn van het teruglopende ledental van schaatsverenigingen en de wens voor aanwas van nieuw talent. Een officieel Nederlands kampioenschap voor clubs, dat is het streven. Het NK Clubs kan pas een officieel NK worden wanneer de KNSB het erkent als officieel NK en dat doen ze nu nog niet. “Als de clubs laten zien dat ze de strijd met elkaar aan willen gaan, als wij dit omarmen, dan kan het echt een officiële wedstrijd worden”, legt Sicco uit.
De jeugd aan het schaatsen krijgen
Een ander belangrijk punt, vindt Sicco, is meten. Sicco heeft nu inzage in het aantal licentiehouders. Zo ziet hij hoeveel er aan de wedstrijdsport doen. “Ik wil over 12 jaar nog steeds schaatsers kampioen zien worden. Als commercieel team mogen wij niet de jeugd onder onze vleugels nemen, maar we willen wel ieder jaar een of twee nieuwe talenten. Onder de 18 mogen wij ze niet trainen. Hoe kan ik dan wel invloed uitoefenen, om die jeugd aan het schaatsen te krijgen? Hoe meer kinderen schaatsen, hoe meer kans op talent daaruit en daar kan heel Nederland uiteindelijk weer van genieten. Als ik zie dat het aantal licentiehouders stijgt, dan ben ik tevreden.”
Het evenement moet de verenigingen stimuleren een kwaliteitsslag te maken in opleiding en scouting. Hoe dat nu geregeld is, weet Janmaat niet, maar hij denkt dat er nog wel meer uit te halen valt. “Dit is een manier om erachter te komen. In maart hielden we een topconferentie. Daar hoorde je waar clubs tegenaan lopen, zoals moeite met sponsoren vinden of een goede trainer. Een luisterend oor is dan al fijn. Ieder heeft zijn eigen problematiek, zo kun je ontdekken hoe andere clubs het oplossen.”
Het lijkt erop dat Sicco met het NK Clubs een bottom-up aanpak heeft gevonden voor de aanwas van nieuw talent.
Clubliefde
Iedere topschaatser is ooit bij een club begonnen. De betere schaatsers stroomden door naar het Gewest en de allerbesten kwamen in aanmerking voor Jong Oranje, dat niet langer bestaat maar is ondergebracht in RTC’s Hoewel zij nog altijd lid zijn van hun club, verliezen de topschaatsers vaak wel het contact. Dan krijgen zij nog weleens het verwijt dat ze weinig terugdoen voor de club.
Sicco wil de clubs en rijders motiveren contact met elkaar te houden, omdat hij denkt dat dat bijdraagt aan clubliefde. “Als een topper nu twee keer in het jaar meetraint en daarmee rijders bij de club motiveert en enthousiasmeert? Dan denk ik dat de club daar wat aan heeft en dat ze willen verbeteren.”
Advies aan schaatsclubs
Wat raadt Sicco clubs zelf aan? “Activeren. Mijn zoontje schaatst bij een schaatsschool. Als hij straks naar een club wil en kan, dan weet ik wel waar hij naartoe kan omdat ik zelf uit het schaatsen kom. Een clubgenootje, wiens ouders niets met schaatsen hebben, weet dat niet. En nergens zie je iets over de verenigingen. Geen werving, geen activering.
Aan de andere kant hoor je: straks krijgen we 15 nieuwe c-junioren erbij en daar heb ik niet genoeg trainers voor. Daar zijn ook weer ideeën voor, om bijvoorbeeld te zorgen dat de junioren die gaan studeren en stoppen omdat ze niet goed genoeg zijn, toch als trainer behouden kunnen worden.”
Fanatisme terughalen
De eerste editie is in de smaak gevallen. De deelnemers waren erg enthousiast dat ze voor een titel konden strijden met alle toppers van de vereniging, dus ook de rijders uit commerciële ploegen. De datum van het NK clubs is bovendien zeer goed gepland. “De topschaatsers kunnen de wedstrijd gebruiken in hun voorbereiding op het nieuwe seizoen. Er is geen reden om te zeggen dat het niet kan.”
Voor Sicco begon het met een idee, dat enthousiast werd ontvangen. De ranglijst is de basis. Op de ranglijst staan de veertien beste clubs van Nederland en die mogen deelnemen aan het NK. “Ik hoop dat straks al die schaatsers en clubs ieder weekend wedstrijden rijden, om hoog op die ranglijst te staan. Ik wil het fanatisme terughalen.”
Het evenement is totaal anders dan een EK of een WK, waar mensen komen om de toppers te zien rijden. Hier moet je de club aanmoedigen. Je moet als club clubsupporters krijgen. Dat is een ander soort publiek. De club moet een prominente rol in de regio krijgen”, besluit Sicco.
Foto: Douwe Bijlsma – Orange Pictures