REMY DE WIT – TECHNISCH DIRECTEUR KNSB

Je hebt op behoorlijk niveau zelf gesport, als tennisser, als basketballer. En later als coach. Wat kun je daarover vertellen?

Tot mijn achttiende heb ik zeer verdienstelijk getennist. Ik behoorde tot de top 8 van Nederland bij de senioren. Alleen daar loop ik niet mee te koop. Mijn ouders waren gescheiden en ik had twee broers, dus het geld om door te stappen in de Tour (de huidige ATP-World Tour red.), op dat niveau zat ik namelijk, dat was er niet. Toen heb ik rücksichtslos dat racket in de hoek gegooid. Want het is bij mij wel zo, het is alles of niets. Uiteindelijk ben ik door vrienden in Enkhuizen in het basketbal geraakt. Maar iemand met een gespecialiseerde tennistechniek die gaat basketballen, die scheurt zijn enkelbanden, daar was ik er dus een van. En wat ga je doen als je niet meer kan sporten, wat ga je dan doen? Dan word je coach. Ik heb toen een uitnodiging gekregen van de basketbalbond om een jeugdprogramma in Amsterdam in te richten. Iets wat we in het schaatsen kennen als een KNSB Talent Team. Dat heb ik ruim negen jaar gedaan. Daarna ben ik ook bondscoach bij de senioren geweest.

Wat heb je dan met schaatsen?

Ik denk dat ik net als elke Nederlander heel veel heb met schaatsen. Dat zijn natuurlijk de oude gloriemomenten met onder andere Leo Visser. Ik heb het altijd een hele mooie sport gevonden. Maar heel eerlijk, ik had 15 of 20 jaar geleden nooit verwacht dat ik technisch directeur zou worden bij de schaatsbond. Maar het heeft een hele grote plek in mijn hart gekregen.