Jordan Stolz wil alleen maar met schaatsen bezig zijn

Hij leerde schaatsen op de vijver voor het huis, werd al jong opgemerkt door Shani Davis en klopt dit seizoen nadrukkelijk aan de deur van de absolute schaatstop. Vorig jaar verscheen onderstaand artikel in het pre-Olympische nummer van Proskating en is nu online terug te lezen. Wie is Jordan Stolz, die opgroeide op een rendierfarm en nu wordt aangekondigd als ‘the next big thing’?

Hij praat alsof het hem allemaal een beetje overkomen is: het rijden van vier wereldrecords voor junioren in 9 dagen tijd, met een fenomenale 34.11 op de 500 meter en een 1.06.96 op de 1000 meter. Het zette de jonge Amerikaan bijna uit het niets in de spotlights. Maar onder het rustige, bijna verlegen uiterlijk, gaat een sporter met een ongekende focus en zelfvertrouwen schuil. “Ik heb wel altijd gedacht dat ik ertoe in staat zou zijn. Ik wist alleen niet wánneer ik dat niveau zou halen.”

Het lijkt op een opeenvolging van toevallige gebeurtenissen, het verloop van zijn nog prille carrière. “Ik keek naar de Spelen, ik geloof dat het 2010 was en dacht dat het behoorlijk cool was wat ze deden. Ze gingen flink hard en die inhaalacties, dat wilde ik ook proberen”, vertelt hij. Het was shorttracker Apolo Ohno die hem het meest aansprak. En ja, als je het wilt proberen, dan moet je dat ook gewoon doen. “Dus ik ging schaatsen op de vijver voor het huis. We moesten naar de winkel en kochten daar een paar hockeyschaatsen, mijn zus en ik. En we gingen gewoon schaatsen op de vijver.”

Herten en rendieren

Die vijver, met grofweg de afmetingen van een shorttrackbaan, is onderdeel van de boerderij waar Jordan opgroeide en nog altijd woont, een goeie kilometer buiten Kewaskum, een dorp van net 4000 inwoners. “We hadden hier vroeger herten en rendieren, maar we kregen problemen”, vertelt hij. “De herten kregen een soort ziekte, dus we moesten ze allemaal laten afmaken. We hebben ze nu niet meer. Het is niet heel afgelegen, maar wel echt op het platteland.”

Jordan Stolz
Jordan Stolz met zijn zusje op de vijver voor het ouderlijk huis (privéfoto familie Stolz)

Alleen maar hard gaan

Als ik met hem spreek, oogt hij verlegen, bijna timide. Zijn antwoorden zijn aanvankelijk kort, afwachtend. Dat hij indruk heeft gemaakt in de schaatswereld, lijkt hem nauwelijks bezig te houden. Wel had hij van schaatsvrienden in Nederland gehoord dat zijn tijden in Salt Lake City en Calgary ook daar waren opgevallen. Hij wekt de indruk van iemand die even een aardige race heeft gereden en zich daar verder niet zo druk om maakt. Maar schijn bedriegt. “Hij is in niks anders geïnteresseerd dan in hard gaan”, zegt zijn trainer Bob Corby lachend, bijna verbaasd. De oud-trainer van onder andere Dan Jansen, Bonnie Blair en Eric Flaim kent hem al sinds zijn 12e en traint hem nu een goeie 2 jaar. Hij nam het stokje over van niemand minder dan Shani Davis, die indertijd naar China vertrok om daar de nationale ploeg te coachen. 

Shorttrack en langebaan

Want sinds zijn eerste meters op het natuurijs bij zijn ouderlijk huis, was er wel wat gebeurd. Jordan vond het leuk en vroeg of hij zich bij een club kon aansluiten. “Mijn pa dacht dat het wel tof zou zijn om het te proberen”, vertelt hij. “Ik was benieuwd of er wedstrijden waren, dus gingen we schaatsen bij The Badger Speed Skating Team in Milwaukee, dat was twee, of drie keer per week. Daarna gingen we naar de West Allis Speedskating Club. Daar reed ik wedstrijden en ben ik snel gegroeid.” 

Privéfoto’s familie Stolz

Het is de club waar Olympisch kampioenen als Dan Jansen, Chris Witty en Kip Karpenter opgroeide, op het ijs van de bekende baan in Milwaukee. Vruchtbare grond voor talent dus. De club bood gecombineerde trainingen aan: afwisselend shorttrack en langebaanschaatsen. Ik was redelijk goed in shorttrack, het was acceptabel”, zegt hij bescheiden. “Maar ik voelde dat ik meer kon halen uit het langebaanschaatsen, zeker gezien mijn lichaamsbouw. Dat is de belangrijkst reden waarom ik langebaan ging rijden. Ik voelde me nooit helemaal comfortabel als shorttracker. Ik was behoorlijk snel, kon goed inhalen, maar ik had nooit het idee dat ik al mijn kracht kwijt kon op het ijs.” 

Techniektraining van Shani Davis

De West Allis Speed Skating Club is ook de plek waar hij voor het eerst kennismaakt met coach Bob Corby. “Ik werd aan hem voorgesteld toen hij 12 was, door Bobby Fenn, die Eric Flaim en Shani Davis had gecoacht”, herinnert Corby zich. Maar het is Shani Davis die zich uiteindelijk ontfermt over het talent. “Toen Bob overleed, begon ik Jordan te helpen. Ik heb het gevoel dat hij een soort familielid is, een soort jongere broer. Ik wilde hem helpen waar ik maar kon”, zegt Davis. “Shani heeft me heel veel techniek geleerd, maar ook mentale dingen”, vertelt Jordan over dat cruciale jaar. “Zoals hoe je ontspannen blijft rijden, hoe je moet focussen op de race. Maar ook hoe je een bocht aansnijdt, hoe je je kracht overbrengt, met een goede techniek. Dat was het belangrijkste wat hij me leerde. Het moment was perfect. Hij heeft me een jaar gecoacht en dat was precies toen ik sterk begon te worden, maar mijn techniek nog niet zo goed was. Dat gaf me echt een goeie boost en dat hielp me enorm in de juiste richting.”

Jordan Stolz, Shani Davis
De 10-jarige Jordan Stolz met zijn latere trainer Shani Davis

Zo goed mogelijk worden

Toen Shani Davis naar China vertrok, aarzelde Jordan niet en belde hij zelf de gepensioneerde Bob Corby met het verzoek of de gepensioneerde coach zijn trainer wilde worden. “En hoe kon ik nee zeggen tegen een jongen van 15?”, zegt Corby nu breed lachend. Dat Jordan hem zelf opbelde, zegt wel iets over zijn wil de top te bereiken, denkt Corby. Onder de oppervlakte van bescheidenheid en verlegenheid, ging ook toen al een absolute topsporter schuil die alleen genoegen neemt met het allerhoogste: iets wat Stolz zelf ook beaamt. “Ik heb altijd gedacht dat ik zo goed wilde worden als ik kan. Zo dicht mogelijk bij de wereldtop. Ik heb wel altijd gedacht dat ik ertoe in staat zou zijn. Ik wist alleen niet wannéér ik dat niveau zou halen. Ik heb altijd geprobeerd zo goed mogelijk te zijn.” 

Geen WK junioren

“En van daaruit heb ik het opgebouwd”, gaat hij met een soort rustige vanzelfsprekendheid verder. “Vanaf het moment dat ik sterk begon te worden, rond 2015, 2016. Ik werd toen sterker en het begon ergens toe te leiden. Toen ik sterker werd, begon het ergens toe te leiden. Ik dacht wel dat ik mezelf zou kunnen opbouwen richting deze Spelen, dat ik het wel zou halen. En het ziet er nu vrij goed uit, ik denk dat ik het goed heb gepland.” Wel is deelname aan de Olympische Spelen een afwijking van zijn oorspronkelijke plan om mee te doen aan een ander kampioenschap. “Ik wilde eigenlijk naar het WK voor junioren, maar dat is te dicht op de Spelen. Er was daar veel prijzengeld voor me te winnen, maar ze wilden niet dat ik zou gaan.”

Olympische ambities

Hoe die Spelen eruit gaan zien, weet hij nog niet. “Het is vooral de ervaring waar ik voor ga. Ik wil nu niet zeggen dat ik een grote kans heb op een medaille. Er is altijd een kans natuurlijk, maar het is geen grote kans. Toch kan het altijd gebeuren dat ik op de 1000 meter een medaille pak.” Het zou wel eens een vol programma kunnen worden voor de jonge Amerikaan, die ambities heeft op verschillende afstanden. Ik ga waarschijnlijk de mass start rijden. En mogelijk de 1500, dat weet ik nog niet zeker. Maar ja, de 500, 1000 en de mass start, daar wil ik me graag voor kwalificeren. Met Joey Mantia, dat zou goed kunnen werken.” Tijdens de kwalificatiewedstrijden voor de mass start wist hij de meervoudig wereldkampioen afgelopen november met een knappe inhaalactie al eens te verslaan, dus dat biedt perspectief. 

De techniek van Thomas Krol

Intussen houdt hij de concurrentie scherp in de gaten. Hij kijkt graag naar andere schaatsers, al is dat in de eerste plaats om van hun techniek te leren. Ook de Nederlandse sprinters hebben zijn volle aandacht. “Ik denk dat er hele snelle tijden gereden gaan worden. Zeker door de Chinezen, door de Nederlanders. Ze deden het bij de laatste World Cup niet zo goed, maar ik denk dat ze er in Bejing wel weer staan. Ik vind het mooi om naar Thomas Krol te kijken, dat vind ik leuk. Zijn techniek. Hij is heel constant, de manier waarop hij schaatst, je ziet hem zelden fouten maken. Kjeld Nuis, haha. Ik vind het ook wel leuk om naar hem te kijken, maar ik heb liever Thomas. En ik kijk veel naar beelden van Shani Davis. Hij was technisch behoorlijk goed. Ik kijk naar wat ze doen en probeer er achter te komen waarom ze het zo doen. Ik probeer dat dan ook uit. Als het dan werkt, dan is dat mooi meegenomen.”

Focussen op wat er toe doet

De maand voor de Spelen is voor veel sporters een lastige maand. De puntjes moeten op de i gezet worden richting de Spelen en de spanning begint flink op te lopen. Veel schaatsers zoeken manieren om juist even niet met het schaatsen bezig te zijn. Jordan Stolz doet dat bewust niet, vertelt hij. “Ik wil niet afgeleid worden van het schaatsen. Er is wel een tijd geweest dat ik er te veel aan dacht, dat het stressvol was. Maar nu vind ik het gewoon leuk om te doen, om sterker te worden, te blijven schaatsen. En ik vind het mooi om de verbetering te zien, daar geniet ik erg van. Ik wil niet worden afgeleid.”

Jordan Stolz met Shani Davis
Jordan Stolz met Shani Davis bij de Amerikaanse kwalificatiewedstrijden voor de Spelen van Bejing (privéfoto familie Stolz)

“Ik ben goed in focussen op wat er toe doet: wat ga je doen in de training, wat leidt tot resultaat, wat helpt me in mijn opbouw? Zoals het overslaan van het WK junioren, hoewel ik er zou er graag heen willen. Het is mijn mentale toestand op dit moment. Het is iets wat ik van nature heb. Niemand pusht mij dingen te doen die ik niet wil. Het is gewoon natuurlijk.” Dus dat maakt je tot een natuurtalent? Hij antwoord bevestigend, zonder ophef, vaststellend: “Yes, it does.”

Meer verhalen als deze lezen? Neem hier een abonnement op Proskating en ontvang ‘m vijf keer per jaar in de bus!

IJsbanen in crisis, Merel Conijn, Dione Voskamp en bondscoaches door de jaren heen